vrijdag 27 november 2015

Angst als raadgever

Wat zei Angela Merkel ook alweer, toen een vrouw in Bern haar vroeg hoe de bondskanselier onze christelijke cultuur wilde beschermen tegen de oprukkende islam, nu er zoveel islamitische vluchtelingen Europa binnenkomen? Ze zei onder andere dit: dat angst nog nooit een goede raadgever is geweest, en dat culturen die door angst gestempeld zijn de toekomst niet aankunnen. (link)

Haar wijze van antwoorden is een beproefde truc, waarmee je zo ongeveer elke serieuze vraag kunt afserveren: je reageert met een zegswijze die losjes met de vraagstelling te maken heeft en die het einde van alle tegenspraak lijkt te vormen. Is in dergelijke volkswijsheden – ‘angst is een slechte raadgever’ – niet de wijsheid van vele generaties samengebald?

Niet dus. Als ik schrik omdat mijn tweejarige dochter alleen een drukke straat oversteekt, is het niet onredelijk dat ik – links-rechts-links – achter haar aan ren en haar weer op de stoep deponeer. Als ik een eilandbewoner ben en ik weet dat de zeespiegel stijgt, kan het heel verstandig zijn om aan mijn angst gehoor te geven en naar een hoger gelegen plek te verhuizen. Als de Europese leiders in de jaren ’30 iets meer angst gevoeld hadden voor wat er in Duitsland gaande was, had de geschiedenis er misschien anders, en beter, uitgezien. De vraag is dus of mijn angst terecht is of niet.

Het gaat hier in feite over een van de klassieke deugden, de voorzichtigheid of verstandigheid (prudentia). De Duitse filosoof Josef Pieper liet daar in 1949 een prachtig boekje over verschijnen: zijn Traktat über die Klugheit. Keer op keer benadrukt Pieper in zijn boek dat verstandigheid te maken heeft met een zich openstellen voor de werkelijkheid zoals die is. Pieper betoogt, met een beroep op Thomas van Aquino, dat een deugdzaam mens, als hij een beslissing moet nemen, altijd begint met het beschouwen van de zaken zoals ze zijn. Op grond daarvan kan hij een oordeel vellen en op basis daarvan neemt hij vervolgens een besluit.

De zaken zoals ze zijn – er zijn omstandigheden waarin die terecht onze zorg oproepen, of onze angst. Is dat het geval, dan is angst wel degelijk een goede raadgever. Stel je voor dat onze eilandbewoner zei: nee, de zeespiegel stijgt wel, maar angst is nog nooit een goede raadgever geweest, dus ik trek mijn huisje niet uit – weinig mensen zouden voor hem applaudisseren, zoals heel weldenkend Europa voor Merkel applaudisseerde.

Natuurlijk kan angst ons ook blind maken, zodat we de dingen niet meer in de juiste proporties zien. Maar, en misschien is het op dit moment verstandiger om te bedenken: dat kan optimisme net zo goed.

Mijn RD-column van 21 november 2015 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten