dinsdag 2 juni 2015

Muziekles

Mijn RD-column van 23 mei 2015
Rendementsdenken – sinds de studentenprotesten in Amsterdam zingt het woord in de publieke ruimte rond. Het gaat om het idee dat onze activiteiten alleen het ondernemen waard zijn als ze ons economisch voordeel brengen. Universitair onderzoek moet geld in het laatje brengen, de universiteit zelf moet renderen, desnoods door investeringen in vastgoed. Nutteloze studies worden afgeschaft, zuiver op kennis gericht onderzoek heeft het moeilijk.
Rendementsdenken komt niet alleen voor in kringen van universiteitsbestuurders. Die zijn ook maar een exponent van de cultuur waarin ze leven, en van een politieke cultuur waarin het meestal economische argumenten zijn die de doorslag geven.
Ik kwam een frappant voorbeeld van rendementsdenken tegen in een onderzoek naar muziekonderwijs op basisscholen. Ik geloof dat de meeste normale mensen zouden zeggen dat muziekles op school een goed idee is omdat kinderen van muziek houden en graag zingen, of omdat muziek behoort tot het mooiste wat ons hier en nu is gegeven.
Dan de onderzoekers. ‘Muziekonderwijs levert onmiskenbaar een belangrijke bijdrage aan een goed functionerende maatschappij,’ is hun conclusie. Muzikale activiteiten leiden immers tot een betere motoriek, tot verbeteringen in de intelligentie, het geheugen, de sociale vaardigheden en de taalontwikkeling. Kinderen leren door muziekles multitasken, plannen, hun impulsen onderdrukken en nog veel meer. ‘Je kunt zelfs stellen dat het bedrijfsleven zichzelf een goede dienst zou bewijzen door te investeren in muziekles.’
Muziek verbetert het kind, zo valt hier dus te lezen, en betere kinderen bezorgen ons een betere maatschappij en het hoogste wat de maatschappij te bieden heeft is het bedrijfsleven. Het wordt allemaal met droge ogen opgeschreven en niets wijst erop dat er ironie in het spel is.
Of ik dan ontken dat muziekles een hele reeks gunstige effecten heeft? Natuurlijk niet, ik geloof het allemaal graag. Het probleem is dat dit soort effecten als rechtvaardiging voor de beoefening van muziek wordt gezien. Anders gezegd: wanneer iets wat een toevallig neveneffect is van een activiteit verheven wordt tot het doel van die activiteit. En dat werkt dus niet. Kinderen die op muziekles gaan om er intelligenter van te worden, keren zich walgend van de muziek af – of ze vergeten hun IQ en gaan van muziek houden. (Een derde mogelijkheid is dat het erg vervelende kinderen worden.)
We hoeven niet te stellen dat muziek nutteloos is. Het nut van muziek is dat het de toehoorder genot schenkt, of dat het een middel is om God te eren. Waar we vanaf moeten is het waanidee dat er geen ander nut is dan economisch nut.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten