maandag 27 januari 2014

Bunyans literaire apologie

Mijn RD-column van 18 januari 2014


Een jaar of wat geleden hoorde ik een predikant zeggen dat je Bunyans Christenreis niet mag benaderen als een werk uit de wereldliteratuur. De spreker opteerde voor een stichtelijke lezing van Bunyan en vond die kennelijk niet te combineren met het idee dat Bunyan een literair werk geschreven had.

Ik dacht aan deze predikant terug toen ik me onlangs zette aan een herlezing van de Christenreis. Daarbij prees ik me gelukkig een Engelse editie in handen te hebben die compleet was – dat wil zeggen dat Bunyans voorwoord, een verdediging-in-dichtvorm van de Christenreis, ook was afgedrukt. Wat Bunyan daarin verdedigt is namelijk juist het literaire karakter van zijn boek. De enkele Nederlandse uitgaven die ik heb kunnen inzien missen dit opmerkelijke woord vooraf.

Sommige van Bunyans tijdgenoten vonden zijn verhaal duister, ‘feigned’, niet solide genoeg. Bunyan pareert deze bezwaren, niet door te ontkennen dat zijn werk literair is, maar juist door argumenten te geven ter ondersteuning van zijn vertelwijze. Was het Oude Testament niet een en al type, schaduw en metafoor? Gebruikten Christus en de apostelen niet net zo goed beeldspraak? En al had Paulus het dan niet op oudwijfse fabelen, een gelijkenis verbiedt hij toch nergens? Al lijkt het een noviteit, stelt Bunyan, mijn verhaal bevat uiteindelijk niets anders dan de gezonde waarheid van het evangelie.

Natuurlijk doelde de genoemde predikant op lezers die het klaar spelen om de christelijke inhoud van de Christenreis te negeren om het verhaal op te vatten als een universele mythe waarin ieder het zijne mag zien. Maar dat sommige lezers een literair boek verkeerd interpreteren betekent natuurlijk niet dat het boek niet literair is; alleen dat hun interpretatie (of hun idee van waar ‘literair’ voor staat) niet deugt.

Wie de Christenreis en de Heilige oorlog na elkaar leest, merkt dat het eerstgenoemde boek meer indruk maakt dan het tweede, juist doordat het meer literair is: de Heilige oorlog is een vernuftig allegorisch werkstuk, dat echter nauwelijks de verbeelding aanspreekt. De Christenreis is meer dan een allegorische constructie: Bunyan roept een wereld op met een eigen atmosfeer en met personages die praten in plaats van spreken. Het moet destijds gedurfd zijn geweest om deze stijl en deze inhoud te combineren. Hij vroeg zijn vrienden om advies, schrijft hij in zijn apologie, en ‘some said, John, print it; others said, not so’.

Maar John dacht, zo schrijft hij: laat ik eens testen wiens advies het beste is, gewoon door het boek uit te geven. En dat deed hij, inclusief een non-conformistische verdediging van de literatuur.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten