Ecco il santo, riepen de mensen
als Franciscus van Assisi een stad of dorp binnenkwam: daar is de heilige! Men
luidde de klokken en ging zingend voor hem uit met takken in de handen. Zover
is het met paus Franciscus nog niet, maar het is duidelijk dat hij op dit
moment buitengewoon geliefd is. Ook seculiere media kunnen zich maar moeilijk
aan het enthousiasme onttrekken. De berichten over zijn appartement (in plaats
van een bisschoppelijk paleis), zijn reizen met de metro (in plaats van met een
dienstauto) en zijn bezoeken aan sloppenwijken zijn uitentreuren herhaald.
Ongetwijfeld zal men straks zijn gal spuwen als hij blijkt vast te houden aan
de overgeleverde standpunten over de heikele ethische thema’s, geworteld als
die zijn in een eeuwenoude denktraditie. Van Hosanna naar het kruis.
Franciscus is de eerste paus die
deze naam kiest. Is dat revolutionair? Hij verwijst ermee naar de heilige
Franciscus van Assisi (1182-1226), wiens naam destijds zeker ongewoon was:
waarom zou je als Italiaan je kind ‘Fransman’ noemen? Het verhaal is dat zijn
moeder haar pasgeboren zoon Giovanni noemde, maar dat vader Bernardone voor de
naam Franciscus koos, naar het land dat hij zojuist op zakenreis had bezocht.
De betrouwbaarheid van deze anekdote staat niet vast, maar wel is duidelijk dat
deze naam bijzonder en ongebruikelijk was.
Bijzonder en ongebruikelijk zou
ook het latere optreden van Franciscus zijn. Bekend is het werk van Giotto,
waarop afgebeeld is hoe Franciscus zijn kleren aflegt – hij geeft ze in feite
terug aan zijn vader, wiens eigendom ze waren. Zijn vader verklaarde hem voor
gek dat hij een welvarende toekomst vergooide om in armoede te gaan leven. De
sympathie van de biografen ligt steevast bij Franciscus en niet bij zijn vader,
maar diens verontwaardiging is alleszins voorstelbaar. Het was een tijd waarin
de steden groeiden, de handel bloeide en er zoiets ontstond als een
geldeconomie.
Franciscus’ optreden zal voor
zijn tijdgenoten confronterend zijn geweest: hoe bestond het dat iemand geld en
goed zo onbelangrijk vond? Ook wat dat betreft ligt de parallel met de nieuwe
paus voor de hand. Wat moeten de graaiers in de financiële wereld en elders
niet denken over een paus die alle luxe voor zichzelf van de hand wijst.
Ontwrichtend moet het ook geweest zijn dat rijken en armen binnen Franciscus’
broederschap als gelijken met elkaar omgingen. Zijn vrouwelijke evenknie Clara
van Assisi was van adel. Rijkdom en stand werden vérgaand gerelativeerd.
Waarschijnlijk op 14 september
1224 heeft Franciscus in zijn kluizenaarsoord een visioen van een aan het kruis
genagelde serafijn. Vervuld met vreugde én droefheid mediteert Franciscus over
wat hij te zien krijgt. Dan verschijnen er wonden op zijn handen en voeten en
in zijn zij: een onderstreping van zijn extreme identificatie met de lijdende
Christus. Naar verluidt is Franciscus de eerste gestigmatiseerde van het
christendom. Velen zouden hem volgen. Ook daarin bracht Franciscus dus iets nieuws.
Tegelijk bleef hij een loyaal zoon van de moederkerk. Hij was tegelijk
vernieuwend en loyaal. Wellicht is dat ook waar de nieuwe paus naar streeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten