vrijdag 11 mei 2012

De genealogie van Edward Schneider

Column, eerder gepubliceerd in de bijlage ‘Gulliver’ van het Nederlands Dagblad op 11 mei 2012.

What’s in a name? Voor de verliefde Julia in Shakespeares Romeo en Julia is dat duidelijk: niets. Een naam is een willekeurig etiket op een persoon. Omdat Romeo toevallig Montague heet zou hij haar vijand zijn en is een huwelijk uitgesloten? Dat is maar flauwekul. In de Nederlandse vertaling van Burgersdijk: Wat zegt een naam? Dat wat een roos heet, geurde/ Als het een and’re naam had, even zoet;/ Zo zou ook Romeo, als hij anders heette,/ Zijn eigen volle, dierb’re waarde houden.

Zo blijkt maar weer dat verliefdheid niet bijdraagt aan een afgewogen oordeel. Natuurlijk is een naam meer dan een etiket. Romeo minus zijn naam is zeker niet de complete Romeo. Een naam drukt (net als een dialect) verbondenheid uit met de streek waar je vandaan komt. Hij verwijst mensen naar de relatie tot hun familie en voorgeslacht. Overigens geldt dat tegenwoordig vooral voor achternamen, sinds Nederlanders zo fijn creatief geworden zijn met voornamen.

Zelfs bij romanpersonages valt er een soort genealogie uit hun naam af te leiden, zo bleek me onlangs. Wie de boeken van Pieter Nouwen leest, komt tal van naamgrapjes en dubbele bodems tegen. Zie het namenspel in De pias van het Pentagon (president Uzziah Push, premier Bekenlande), neem Orazio Gentileschi uit De god in de machine of Pedro de Luna uit De lichtwachter: bijna alle namen in Nouwens boeken, zelfs van bijfiguren, zijn geladen met betekenis of knipogen naar de realiteit.

Extra interessant is de naam van Edward Schneider, de arrogante zanger die in Het negende uur de Christuspartij moet zingen in de Mattheüspassie. Ooit ontdekte ik dat zijn naam een – niet geheel perfect – anagram is van de naam Richard Wagner, de componist wiens artistieke opvattingen Schneider deelt, en die net als Schneider op vrijdagmiddag om drie uur gestorven schijnt te zijn.

Tot voor kort dacht ik dat Nouwen had zitten puzzelen met de naam van Wagner, om er een snijdende variant op te maken die past bij het hoogmoedige karakter van zijn hoofdpersoon.
Inmiddels vermoed ik dat het anders is gegaan. Hier in huis wordt De naam van de roos gelezen – en wie schetst onze verbazing als op pagina 12 de naam Edouard Schneider blijkt te staan. Hij is de auteur van Les heures bénédictines (Parijs, 1925; een titel die je overigens niet direct in de bibliografie van Nouwens zanger verwacht). Eco speelt graag intellectuele spelletjes en verwijst soms naar niet bestaande bronnen, maar het boek van Edouard Schneider bestaat echt, aldus Google. Nouwen speelt graag hetzelfde soort spelletjes als Eco. Het is ondenkbaar dat hij hem niet gelezen heeft. Heeft hij bij Eco deze naam ontdekt en gezien dat de naam van Wagner erin verborgen zat?

Wel ironisch dat een auteur die zo bewust met namen omging op de achterkant van de dvd van de romanverfilming Het negende uur een verkeerde naam meekreeg. Paul Nouwen heet hij daar. Misschien heeft Nouwen er wel om kunnen glimlachen: mag je dan blijkbaar Petrus niet zijn, dan is Paulus in elk geval geen gek alternatief.

[PS: ik werd erop gewezen dat Paul Nouwen directeur van de ANWB was. De naamsbekendheid van deze Nouwen verklaart waarschijnlijk de fout op de dvd. Verder worden Petrus en Paulus in de kerk op één dag gefêteerd. Dat maakt Paulus tot een bij uitstek geschikt alternatief voor Petrus: dezelfde naamdag.]










Geen opmerkingen:

Een reactie posten